De laatste twee dagen in Sorong gaan snel voorbij. We vliegen die ochtend om 14.00 uur, genoeg tijd om relax alles in te pakken. Sorong Airport ligt voor de deur, voor de zekerheid zorgen we dat we twee uur vooraf onze backpacks inchecken bij de bali. We wachten rustig af tot onze vlucht naar Ambon wordt omgeroepen. Het kleine vliegtuigje zit propvol, gelukkig duurt het maar 1,5 uur.
Momenteel zijn we drie maanden op reis door Indonesië. Natuurlijk delen we onze beste tips, routes en reisinformatie, maar willen ook onze persoonlijke ervaringen delen. Elke week geven we een update van onze avonturen, zodat je een beetje mee kan reizen. Laat gerust een leuk berichtje achter onder dit blog of volg ons op Instagram.
Aankomst in Ambon, Molukken
Tijdens de vlucht zien we nog een deel van Raja Ampat; groene eilanden met witte zandstranden en turquoise water. We missen het nu al, maar kijken ook uit naar de Molukken. Leon valt na 10 minuten in slaap, ik maak wat foto’s van het uitzicht. Al snel landen we op het kleine vliegveld van Ambon, hebben na 15 minuten onze backpacks al en lopen richting de taxi’s. Ook hier bestellen we vervoer via Grab, al zijn de ‘normale’ taxichauffeurs daar zichtbaar niet zo blij mee.
Toch is onze eerste indruk positief, de meeste mensen lachen vriendelijk naar ons. We voelen ons wel een beetje bekeken, we zijn namelijk de enige toeristen. De rit vanaf het vliegveld duurt een klein uurtje. Onderweg wordt duidelijk dat Ambon nog best een drukke stad is, het is een wirwar van scooters en auto’s die naar elkaar toeteren. Verkeersregels lijken er niet echt te zijn, dat wordt nog wat als we straks een scooter willen huren haha.
Modern hotel in het centrum
We stappen uit bij het hotel en worden positief verrast door het moderne gebouw vol kleurrijke muurschilderingen. Onze slaapkamer is wat klein, maar het bed ligt lekker en we hebben een eigen badkamer. Ter info: de kamer kost maar € 14 per nacht, inclusief ontbijt! Daarnaast ligt het op loopafstand van de immigratiedienst, wel zo handig voor morgenochtend. Uitpakken doen we niet, want we blijven hier maar 2 nachten. Die avond eten we bij ons hotel, en dat smaakt prima. We kletsen nog wat na en gaan op tijd naar bed. Het is wel weer even wennen, al die geluiden van de stad, echt stil wordt het niet. Ben je een lichte slaper zoals ik, dan zijn oordoppen wel handig.
Naar de immigratiedienst
De volgende ochtend hebben we de missie om ons visum te verlengen. Na het ontbijt lopen we naar de immigratiedienst van Ambon. Het is nog geen 10 minuten lopen, maar met een luchtvochtigheid van bijna 90% zijn we al snel bezweet. Onderweg vraagt een local die in een bushokje staat te wachten, of hij een selfie met ons mag maken. Het voelt wat ongemakkelijk, maar we stemmen ermee in. Hij ook weer blij haha.
De immigratiedienst in Ambon ziet er een stuk beter uit dan die in Sorong. We worden direct geholpen door een vriendelijke medewerker die goed Engels spreekt. En vreemd genoeg is het visum hier al na 2 werkdagen klaar (i.p.v. 4 werkdagen). Na het invullen van wat formulieren worden we naar een lokale supermarkt gestuurd om te betalen. Lekker omslachtig, maar we doen wat er van ons wordt gevraagd. Hierna maken ze nog een foto en nemen onze vingerafdrukken. Na hooguit een klein uurtje is het geregeld, en kunnen we over een paar dagen onze paspoorten met verlengde visum weer ophalen.
Op pad met de scooter
Het is pas 10.30 uur als we uit het gebouw van de immigratiedienst lopen. Terug in het hotel, huren we een scooter om de omgeving te verkennen. Er schijnt een mooi uitkijkpunt in de buurt te liggen, daar rijden we als eerste heen. Gelukkig rijdt Leon, want ik vind al die drukte helemaal niets. Vanaf het centrum rijden we een kronkelend bergweggetje op. Na een half uur rijden komen we aan bij het uitkijkpunt, er is helemaal niemand te bekennen. Ze hebben diverse uitkijkplatformen gebouwd, in alle kleuren van de regenboog. Een erg mooie plek, zeker omdat er geen andere toeristen te bekennen zijn.
Volgens Google Maps zou er een route de berg af moeten gaan richting het strand, maar het loopt hier toch echt dood. We nemen dezelfde route terug, en rijden vervolgens door het centrum van Ambon naar het zuiden, langs de kust. Twee Europeanen op een scooter zijn blijkbaar een bezienswaardigheid voor de Molukkers, want overal waar we stoppen, kijken ze ons verbaasd aan. Na een kleine tour langs de kust rijden we weer terug naar het hotel, nét op tijd voordat een flinke regenbui losbarst. Voor het gemak eten we weer in het hotel en kijken in de avond een film op Netflix.
Natsepa Resort
De volgende ochtend maken we ons klaar voor een korte rit naar onze nieuwe accommodatie, op een rustige plek aan het strand, net buiten het centrum van Ambon. Als we toch een paar dagen moeten wachten op onze visumverlenging (het weekend zit ertussen), dan maar in een wat luxer hotel met zwembad en een privéstrand. Bij aankomst ziet er resort er wat verouderd uit, maar onze kamer is lekker ruim, we hebben goede wifi en uitzicht op zee. Een goede plek om onze backpack te herorganiseren, kleding te wassen en vliegtickets / accommodatie te boeken. Die middag doen we niet zoveel; we liggen aan het zwembad, wandelen over het terrein en genieten van het zeezicht vanaf ons balkon. S’ Avonds eten we bij het hotel (lopend buffet). Helaas is de helft van het eten koud en valt ook de smaak en variatie tegen. En wij zijn echt geen kieskeurige eters hoor! We scrollen het internet af en vinden vlakbij een klein restaurant met goede beoordelingen. Hier reserveren we alvast voor de komende twee avonden, omdat het snel vol zit.
De mooiste plekken van Ambon
We hebben heerlijk geslapen en maken ons klaar voor een dagje vol avontuur. Via de receptie huren we een scooter voor de komende drie dagen. De eerste dag rijden we direct naar één van de mooiste stranden van Ambon: Liang Beach. Oké, we hebben weleens mooiere stranden gezien, maar het water is wel echt super blauw. Ik weet niet precies waarom, maar langs de hele kustlijn staat er een soort betonnen (lage) muur. Misschien om de zee tegen te houden als een soort dijk? Geen idee, maar het maakt een strand er nou niet echt mooier op.
Anyway, de volgende stop is Lubang Buaya Morela. Dit is een baai met kraakhelder water, koraal en kleurrijke restaurantjes. De toegangsprijs is net aan een euro, dus daar doen we niet moeilijk over. Er zijn hooguit een handjevol mensen, vooral Molukkers zelf (het is zaterdag). Via een houten pad langs de rotsen lopen we naar een van de restaurantjes die over de baai uitkijkt. Hier kopen we wat drinken, nemen plaats aan een tafeltje en kleden ons om. Via een kleine houten trap klim ik het heldere water in, je ziet de vissen al zwemmen. Na een half uur snorkelen kom ik er weer uit. Deze plek is echt een pareltje, maar met één groot nadeel. Je ziet werkelijk overal afval, zowel in het water als aan de kant van de weg. En niet alleen hier hoor, rondom heel Ambon (en eigenlijk heel Indonesië / Zuidoost-Azië) is dat een groot probleem. Het doet gewoon pijn om te zien dat er zo met de natuur wordt omgegaan. En ja, we snappen heus wel dat er geen goed afvalsysteem is zoals in Nederland, maar toch…
De route terug naar ons resort loopt door lokale dorpen, erg leuk om te zien. Het straatbeeld bestaat vooral uit houten huisjes, drogende kleding aan een waslijn, slapende mensen, kippen, en voorbij rijdende scooters. We zien ook een soort doeken waar iets op wordt gedroogd in de zon. Als we ernaast stoppen met de scooter, komt er een lekkere geur vanaf, het is kruidnagel! De Molukken staan bekend als de “Spice Islands” en nu zien we meteen waarom. Naast kruidnagel verbouwen ze hier ook nootmuskaat, kaneel en korianderzaad. In de tijd van de VOC haalden Nederlanders hier hun specerijen vandaan, al was dat voor de Molukkers geen pretje (onder dwang). Gelukkig glimlachen ze nog steeds als we vertellen dat we uit Belanda (Nederland in het Indonesisch) komen.
In de avond rijden we naar het restaurantje waar we gereserveerd hebben. Bij aankomst ziet het er erg sfeervol uit; lichtjes, versierde tafels en een mooie tuin. We hebben de keuze uit een aantal vaste menu’s waaronder Italiaans, Mexicaans, Indonesisch en Australisch. Als we de vriendelijke eigenaar spreken, vertelt hij dat hij in Europa heeft gestudeerd. Het eten is echt ontzettend goed en lekker, we zijn blij dat we dit tentje hebben gevonden.
Zwemgrot & spelende kinderen
Ook vandaag gaan we weer op avontuur met de scooter. De eerste stop ligt op zo’n 20 minuten rijden vanaf ons hotel, het is een soort grot en kliffen aan de kust. Ook hier betalen we een kleine entree (iets van 1 euro per persoon), omdat het op een stuk grond ligt van een local. Dat is soms weleens een nadeel hier, alles is van iemand, er zijn amper openbare stranden. Na 5 minuten lopen komen we aan bij de grot, het zonlicht schijnt er nog net niet in. Het water is hier super helder, en nodigt uit om te zwemmen. Eerst maken we nog wat gave beelden met de drone. Daarna komt er een local aan, die een gesprek probeert te houden. Vrij lastig, want hij spreekt geen woord Engels en mijn Indonesisch is vrij basis.
Na een uurtje besluiten we om door te rijden, het is inmiddels 11.30 uur en bloedheet. Op de planning staat een bezoek aan een soort natuurlijke waterbron (Air Wailatu) in het dorp Tulehu dat als lokaal zwembad wordt gebruikt. Extra bijzonder is dat er enorme palingen in zwemmen, die we hopen te zien. Bij aankomst is het super druk, al hadden we dat kunnen weten. Het is vandaag zondag, en iedereen is vrij. Aan de ene kant van de ‘rivier’ doen vrouwen de was, aan de andere kant spelen kinderen in het water, poetsen mensen hun tanden, wassen hun haren of scheren zich. Yup, deze waterbron wordt werkelijk voor van alles gebruikt haha! We stappen van de scooter af en gaan op een bankje zitten om het hele gebeuren rustig te bekijken. Maar rust krijgen we niet, want er staan meteen 30 nieuwsgierige kinderen om ons heen. De palingen zijn nergens te bekennen, het is veel te druk. Na een half uur zoeken we de rust weer op bij het zwembad van ons hotel. Het voelt een beetje ongemakkelijk om door iedereen aangestaard te worden. In de avond eten we weer bij hetzelfde restaurant als gisteren, yummie!
Op naar een waterval
We boffen maar, want ook vandaag is het weer een prachtige dag om met de scooter op verkenning te gaan. We bezoeken een van de watervallen van Ambon: Air Terjun Waai. Na 15 minuten over de hoofdweg, slaan we een hobbelige zijweg in. Hier zie je pas echt het lokale leven met zelfgebouwde hutjes, kleine moestuinen, kippen en spelende kinderen. Iedereen begroet ons met een glimlach of roept: “Hey mister!”, vaak de enige Engelse woorden die ze kennen. Aan het eind van de weg parkeren we onze scooter, betalen een kleine toegangsprijs van € 1,50 en wandelen het pad af naar beneden. Het is geen enorme waterval, maar het water is lekker koel en er zijn meerdere zwempoelen. Hup, we plonzen snel het koude water in, heerlijk! Net als bijna alle bezienswaardigheden waar we komen, is hier niemand te bekennen. Dat is het voordeel van reizen buiten de gebaande paden, er zijn hooguit een handjevol toeristen. Daarvan reizen de meeste met een reisorganisatie of zijn hier voor familiebezoek.
Rond 14.00 uur maken we de klim weer naar boven en rijden terug naar het hotel. Onderweg stoppen we bij een marktkraampje om een verse kokosnoot te drinken. Er komt een donkere wolk aan, we zijn net binnen als er wat regen valt. Daarna komt de zon alweer tevoorschijn en relaxen we nog wat bij het zwembad. Hier worden we begroet door een hoogzwangere kat, die natuurlijk wat eten komt halen 😉 In de avond eten we a la carte bij het hotel, kijken een serie en gaan op tijd slapen.
Weer terug naar Ambon centrum
Het is nog steeds wachten op de dag dat we ons visum op kunnen halen in het centrum van Ambon. Vandaag verplaatsen we vanuit het resort terug naar het moderne hotel in het centrum. Aangezien de immigratiedienst op loopafstand zit, is dat makkelijker (en goedkoper) dan op en neer rijden met een taxi. Het zijn een beetje ‘loze’ dagen, maar we vullen onze tijd met sporten, lezen, fotografie en wandelen. Omdat er maar één ochtendvlucht (09.30 uur) per dag gaat naar Tual op de Kei eilanden, redden we het niet om op dezelfde dag te vliegen wanneer ons visum klaar is. Niet dat Ambon zo vreselijk is, maar we besteden liever onze vakantiedagen op een rustig tropisch eiland met witte zandstranden. Dat komt wel goed, want de Kei eilanden heeft één van de mooiste stranden ter wereld. En laten wij daar straks nou net verblijven 😉
Nog even en dan vliegen we naar de Kei eilanden. Eigenlijk wilden we ook nog naar de Banda eilanden, maar daar kom je alleen met een boottocht over open zee van 4 tot 5 uur, dat zie ik echt niet zitten. Zelfs met pilletjes tegen zeeziekte lijkt me dat vreselijk. Dus voor nu kijken we uit naar 2,5 week op de Kei eilanden, maar onze planning blijft flexibel. Na twee maanden Indonesië reizen we naar Maleisië, maar daarover later meer. Heb je vragen over onze reis, Indonesië of de Molukken? Stel ze gerust hieronder. Een fijn weekend!
Nog meer reisverslagen:
Reisverslag week 1: Op naar Raja Ampat, Indonesië
Raja Ampat in Indonesië is een ultieme droombestemming voor iedereen...
Reisverslag week 2: Duiken, kaartspelletjes en jungletours
We zijn inmiddels al bijna drie weken in de paradijselijke...
Week 3 & 4: Relaxen, snorkelen en visum verlengen
Momenteel reizen we 3 maanden door Indonesië. Dit is het...
Week 5: Met de scooter over het eiland Ambon
Momenteel reizen we 3 maanden door Indonesië. Dit is het...